Een baby dragen in je buik is zwaar. Een baby noodgedwongen moeten dragen in je hart, is loodzwaar. Het is een ander soort fysieke pijn waarvan ik dacht dat ik hem nooit ging voelen. Mijn hart staat ondertussen ongetwijfeld vol met striemen, terwijl het rekt en strekt in een poging om de eeuwig groeiende liefde een plaats te geven. Af en toe kan mijn hart dat tempo niet volgen, en stroomt het over. Op zo’n moment kan je de onzichtbare liefde voor ons kindje heel even waarnemen, terwijl ze als tranen over mijn wangen stroomt.
Ik kreeg het privilege om een engeltje te baren. Het schoonste moment van mijn leven. Het was niet pijnlijk of verdrietig. Wel heel rustgevend en sereen. Of zo voelde het toch voor mij. De pijnlijke waarheid kwam pas achteraf. Dat engeltje voor altijd moeten teruggeven, mezelf ervan overtuigen dat ze te perfect was voor deze wereld. Met het schattigste wipneusje, en de reusachtige handjes en voetjes van een overwinnaar. Iemand wiens leven compleet was, alvorens het begon. Iemand die de wereld veranderde, zonder fysiek één voet op de aarde te hebben gezet.
Een kindje dat kan vliegen, maar nooit zal stappen. Een kindje met superkrachten. Supernova. Een spectaculaire explosie van een ster. Het einde van haar levensloop. Maar niet zonder eerst een prachtige uitbarsting van helder licht het heelal in te sturen, samen met heel veel andere deeltjes die later de bouwstenen zullen vormen van andere sterren en planeten.
Super Nova Suy
In stilte geboren om voor altijd van te houden.
